Insulineresistentie

Laten we het nog een keer over Insulineresistentie hebben.  Deze kreet hoor je steeds vaker in de paardenwereld. En terecht, want deze toestand komt meer en meer voor, is gemakkelijk op te doen, lastig van af te komen en de oorzaak der oorzaken van ziekte. Evenwel is insulineresistentie zelf een ziekte met een oorzaak: een van enorme proporties en die nu al zichtbaar genetische gevolgen heeft. Steeds jongere paarden zijn ermee behept en niet zozeer omdat ze zelf slecht eten, maar doordat voorgaande generaties dat al hebben gedaan en zo de predispositie hebben geschept.

Om insulineresistent te raken, hoef je trouwens niet eens de hele dag suiker te eten of te snoepen, nee hoor: stress in brede zin is altijd de boosdoener. Nu is af en toe stress best gezond, als je maar goed genoeg kunt reageren en de stress kunt laten afvloeien. Chronische stress daarentegen, heeft dus insulineresistentie tot gevolg. Er is altijd wel een vorm van stress die de lichaamsprocessen in de weg zit en tot resistentie kan leiden.

Waarom is insulineresistentie nou zo erg?
Wel, dit is een vraag die een uitgebreid antwoord vereist, maar ik houd het kort. Ik noem drie processen waarvan je op je klompen kunt aanvoelen dat die niet veel goeds voorspellen. Alle drie hebben als gevolg dat het paard gevoelig wordt voor ontstekingen, omdat het afweersysteem constant wordt aangesproken. Bij mensen geeft dat een verhoogd risico op auto-immuunziektes.

Zuurstof
Allereerst is daar het versuikerde hemoglobine. Hemoglobine zit in de rode bloedlichaampjes, die worden geacht zuurstof in de cel te brengen. Nu het versuikerd is door de reactie met glucose, kan het geen zuurstof meer lozen. De cellen raken verstoken van zuurstof en zijn gedwongen over te gaan op zuurstofarme verbranding. Het nadeel daarvan is de zeer beperkte opbrengst aan energie en de grote hoeveelheden lactaat die er vrijkomen.

Minder energie betekent onder andere:

  • De weefsels kunnen zich niet herstellen. Denk aan blessures en wondjes.
  • Het lichaam moet ontstekingen gebruiken om zichzelf schoon te houden. Denk aan terugkerende infecties.

Eiwitten
Ten tweede reageert glucose met lichaamseigen eiwitten. Die versuikerde eiwitten, AGE’s, veroorzaken extra aanmaak van ontstekingsstoffen en ze maken ook nog eens het enzym onwerkzaam dat glucose moet omzetten in energie. Vrije radicalen (wie kent ze niet?) komen in groten getale vrij tijdens dit proces. Bovendien zijn AGE’s stug en van mindere kwaliteit dan het oorspronkelijke eiwit waaruit het lichaam is opgebouwd.

Vetten
Als derde en laatste zijn daar de vetten, die een taak hebben als ontstekingsremmer. Het enzym Δ6-desaturase wordt in kleine hoeveelheden gemaakt en is nodig om linolzuur en linoleenzuur af te breken. Verwen je jouw paard fijn met een dagelijkse scheut zonnebloemolie/-pitten en lijnzaad(olie), dan voorzie je hem van een flinke buffer aan ontstekingsstoffen. Er was al niet zo veel van dit enzym en nu wordt het al bij voorbaat afgebroken: dat gaat als een lopend vuurtje.

 

Voorbode
Aan resistentie gaat een verlaagde bloedsuikerspiegel vooraf. Deze hypoglycaemie ontstaat, doordat de alvleesklier langdurig insuline produceert, vanwege het grote aanbod aan glucose. Het paard heeft dan voortdurend honger, kan wel blijven eten, het zweet veel en heeft jeuk, is angstig, stijf en vertoont clownesk gedrag: dit zijn allemaal tekenen van een lage bloedsuikerspiegel. Wees daarop bedacht en voorkom erger.

Hoe herken je insulineresistentie bij je paard?
Het is bepaald niet makkelijk resistentie te herkennen. Immers, je kent je paard al zo lang en zijn gedrag, karakter en bouw zijn je zo vertrouwd. Als gevolg van insulineresistentie ontstaan de bekende symptomen: vermagering of juist overgewicht, de dikke rol vet op de manenkam, hoefbevangenheid,  zomereczeem.

Tina nekrol StromendPaard

 

 

 

 

 

 

Echter, insulineresistentie heeft veel meer symptomen, die minder bekend zijn:

  • Je paard is gevoelig voor worminfecties, dysbiotische darmflora of schimmelinfecties. Ongebruikte insuline is voor parasieten een stimulans tot groei.
  • Je paard heeft voernijd. Deze nijd hoeft niet te zijn ontstaan doordat het paard als veulen onvoldoende toegang had tot voedsel.
  • Wondjes helen slecht en langzaam of een peesblessure gaat maar niet over. Herstel van schade kost bakken met energie.
  • Je paard is sloom en altijd maar moe.
  • Je paard heeft altijd wel wat vaags, heeft een verminderde weerstand.
  • Je paard houdt vocht vast, plast weinig.
  • Je paard is ongelukkig, depressief en
  • Je paard heeft een lage pijngrens.

De overgang van hypoglycaemie naar insulineresistentie is bij paarden in enkele weken gepiept. De klachten ontstaan door een gebrek aan de werking van insuline in andere lichaamsprocessen. Die taken zijn van belang voor het lichaam, maar de bloedsuikerspiegel heeft prioriteit. Een te hoog of te laag bloedsuiker heeft namelijk vrij snel de dood tot gevolg, terwijl het reguleren van de weerstand (jazeker: ook een taak van insuline) en de productie van bepaalde stoffen pas daarna van belang zijn.

Lymfe
Het verband met de lymfe zit hem in het feit dat de lymfestroom zo goed als stilligt in een lichaam dat in een stresstoestand (insulineresistentie = stress) verkeert. De beschadigde cellen stapelen zich op en veroorzaken een osmotische disbalans, waardoor er oedemen ontstaan, zichtbaar of niet. Lymfedrainage stimuleert de vocht- en afvalafvoer en herstelt de parasympaticus, het deel van het zenuwstelsel dat ook ontstekingen remt.

Weetje
Heel vroeger, toen we nog allemaal waterbacteriën waren, bestond er geen zuurstofrijke verbranding. Zuurstofrijk is een luxe proces, ontstaan doordat we het waterleven verruilden voor het landleven. Verbranding met gebruik van zuurstof is duur; zij kost het lichaam veel energie. Het luxe lichaam in nood gaat altijd terug naar de basale processen; het kan zich geen dure processen veroorloven. Deze theorie is een mooi uitgangspunt voor de gedachte dat ziekte geen aftakeling is, maar een ultieme poging van het lichaam om zichzelf het leven te redden.